Een paar weken geleden besloot ik dat ik minder brood wilde eten. Nu at ik al niet veel brood, maar ik wilde proberen mijn brood inname echt tot het minimum te beperken. Dat werd lastig toen er, in een van onze favoriete restaurants, heel erg lekker brood en heerlijke olijfolie voor mijn neus werd gezet. Ik besloot de neiging me vol te eten met brood te weerstaan en te genieten van een heerlijke groenterijke maaltijd. Daar kreeg ik geen spijt van, want ik weet als ik brood eet, zit ik veel eerder ‘vol’ en heb ik meer moeite met het eten van mijn hoofdmaaltijd. En die was zo lekker, dat ik die echt niet had willen laten staan.
Ik heb een vrij bewust eetpatroon. Ik ontbijt zeer gevarieerd, soms scrambled eggs, dan eens een fruitsalade met walnoten, regelmatig iets met quinoa, of een gezonde pannenkoek. Ik zorg dat ik die vulling krijg die ik nodig heb en de ene dag heb ik behoefte aan iets heel stevigs ‘s ochtends, de andere keer iets lichts. ‘s Middags maak ik dan een uitgebreide salade of een warme maaltijd. Dat is altijd afhankelijk van mijn behoefte, het weer en de tijd die ik heb. Ook tijdens de lunch eet ik zo min mogelijk brood. Mijn vriend eet er soms wel extra brood bij omdat hij niet altijd voldoende heeft aan mijn salades.
Ik probeer mijn vriend nu zo ver te krijgen dat hij afstapt van het standaard Nederlandse ontbijt: brood met boter (margarine) en beleg als verpakte vleeswaren, kaas, chocopasta, hagelslag of pindakaas.
Dit is een typisch Nederlands ontbijt en lunch. Niet heel gevarieerd, wel heel gemakkelijk. Want in Nederland HEBBEN we weinig tijd om te eten, zeggen we. Zelf ben ik van mening dat we in Nederland te weinig tijd MAKEN om te eten. Eten is altijd ondergeschikt aan al het andere wat MOET. Ik schrijf deze werkwoorden in hoofdletters, omdat het een keuze is of je wel of geen tijd maakt om gevarieerd te eten. Als Nederlanders zijn we gewend aan het eten van brood als ontbijt en lunch en soms zelfs ook als diner.
Ik vind het altijd leuk om te zien hoe verschillend culturen omgaan met de verschillende eetmomenten op een dag. Zo eet men in Zuid-Europese landen vaak veel uitgebreider dan wij, brood staat meestal wel op tafel, maar is altijd een supplement en geen basisingrediënt.
Zelf zal ik nooit zo snel kiezen voor een broodmaaltijd als ontbijt of lunch. Ik vind het niet heel lekker, maar ik merk ook dat brood me zo vaak een vol en plofbaar gevoel geeft, dat ik liever kies voor iets lichters.
Puntsgewijs laat ik je zien waarom brood niet altijd even goed is om te eten:
– In supermarktbrood zit vaak heel erg veel suiker en andere onnodige ingrediënten die je gezondheid niet bevorderen. (bron: Amber Albarda, Gezond Genieten)
– ‘Normaal’ brood wordt gemaakt met gist, een schimmel die glucose omzet in alcohol en koolzuurgas. Hierdoor wordt het brood lekker luchtig, maar is niet gunstig voor je stofwisseling, zeker niet als je darmen gevoelig zijn. (bron: Amber Albarda, Gezond Genieten)
– Veel brood bevat weinig voedende ingrediënten, waardoor je er van kunt blijven eten. Eet je bijvoorbeeld wit brood als voorafje in een restaurant, dan blijf je er van snoepen en lijkt het alsof je niet verzadigd raakt. (bron: Miss Natural)
Dan nog even iets over het verschil tussen bruin brood en echt volkoren brood. Het bruine brood in de supermarkt herken je duidelijk aan de kleur. Bruin brood wordt gemaakt van tarwemeel. Toch bestaat over dit brood de meeste vergissing. Bruinbrood is wellicht iets gezonder dan witbrood, maar wanneer je bruin brood eet, eet je geen volkoren brood! Volkorenbrood wordt namelijk gemaakt van volkoren tarwemeel en hier zitten de meeste vitaminen en mineralen in. Bruin brood is niet automatisch volkoren. Volkorenbrood – het meest voedzame brood – krijgt de naam volkoren. Ander bruin brood is dus niet volkoren. Soms worden de broden zelfs een beetje bruiner geverfd dat ze daadwerkelijk zijn. De regel ‘hoe bruiner hoe gezonder’ gaat dus helaas niet op.
Wil je toch brood eten en het gevoel hebben dat je verzadigd raakt, dan kun je het beste (zuur)desembrood eten. Dit brood wordt niet gemaakt met gist, bevat geen suikers en andere onnodige toevoegingen en je raakt er sneller ‘vol’ van. Je koopt het meestal niet in de supermarkt, maar bij de betere bakkers èn bij de natuurvoedingswinkel.